Financieel beeld

Netto schuldquote
De netto schuldquote weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van de provincie ten opzichte van de eigen middelen en geeft een indicatie van de ‘druk’ van de rentelasten en aflossingen op de exploitatie. De netto schuldquote ligt met 84% ruim onder de signaleringswaarde van 200% en is zelfs gedaald ten opzichte van de jaarrekening 2022. De daling is te verklaren door de stijging van de inkomsten uit het provinciefonds. Ten opzichte van de originele begroting 2023 is de schuldquote beduidend lager omdat de schuld minder is gestegen dan begroot. Dit is het gevolg van onderuitputting bij investeringen, verstrekte subsidies, uitbesteed werk en andere exploitatiekosten.

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
Zie de toelichting bij de netto schuldquote.

Solvabiliteitsratio
De solvabiliteit geeft inzicht in de mate waarin de provincie in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid van de provincie. Met een solvabiliteit van 44% ligt deze indicator ruim boven de signaleringswaarde van 20%. De solvabiliteit is gelijk gebleven ten opzichte van 2022. Ten opzichte van de originele begroting 2023 is de solvabiliteit verbeterd doordat met name het eigen vermogen is toegenomen, terwijl in de begroting rekening was gehouden met een afname.

Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is, doordat wordt gekeken naar het saldo van de structurele baten en lasten en dit saldo wordt vergeleken met de totale baten. De structurele exploitatieruimte is ten opzichte van de jaarrekening 2022 licht gedaald, maar beduidend hoger dan waar in de originele begroting 2023 rekening mee was gehouden. Dit wordt verklaard vanuit de positieve bijstelling van de baten, terwijl diverse lastenbudgetten die als structureel zijn aangemerkt niet volledig in 2023 zijn besteed (bijvoorbeeld door verschuiving van lastneming van subsidies).

Belastingcapaciteit
Het kengetal belastingcapaciteit geeft aan hoe het opcententarief van de provincie zich verhoudt ten opzichte van het landelijke gemiddelde van alle provincies samen. Door de indexatie van het tarief in 2023 is dit kengetal gestegen ten opzichte van 2022, maar in lijn met hetgeen in de originele begroting 2023 reeds was berekend. Het opcententarief lag in 2023 circa 14% boven het landelijk gemiddelde.

Structurele lasten investeringen
Dit kengetal geeft de verhouding aan tussen de som van de afschrijvingslasten, rentelasten en meerjarige leaseverplichtingen ten opzichte van de totale baten. Een laag kengetal duidt op een grotere wendbaarheid van de begroting. Met 7,9% ligt dit kengetal ruim onder de vastgestelde signaleringswaarde van 20%. De daling ten opzichte van 2022 en de originele begroting 2023 wordt verklaard door een onderbesteding in de investeringsuitgaven, per saldo lagere rentelasten, en de hogere gerealiseerde baten vanuit het provinciefonds.

Garant- en borgstellingen
Dit kengetal geeft de verhouding aan tussen de garant- en borgstellingen die de provincie heeft afgegeven ten opzichte van de totale baten. Evenals vorig jaar en zoals in de originele begroting 2023 was opgenomen is dit een zeer beperkt bedrag dat met 1,2% ruim onder de signaleringswaarde van 20% ligt.

Weerstandsvermogen - incidenteel
Het incidentele weerstandsvermogen wordt sinds 2023 gevormd door de omvang van de speciaal daarvoor ingestelde bufferreserve weerstandscapaciteit. Deze bufferreserve heeft een omvang die gelijk is aan de geïdentificeerde incidentele risico's zoals die zijn gekwantificeerd en toegelicht in de Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Het kengetal is daarmee altijd gelijk aan 1,0 en in lijn met de signaleringswaarde.

Weerstandsvermogen - structureel
Het structurele weerstandsvermogen wordt berekend door de omvang van de structurele risico's af te zetten tegen de onbenutte belastingcapaciteit en het structurele begrotingssaldo. Dit resulteert in een kengetal van 15,9 in deze jaarrekening dat daarmee nagenoeg gelijk is gebleven ten opzichte van 2022. In vergelijking met de originele begroting 2023 is dit substantieel verbeterd. Dat wordt verklaard door met name een positiever structureel begrotingssaldo in de jaarrekening 2023 dan waar in de originele begroting 2023 mee was gerekend.