De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de voorschriften uit het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de verordening ex artikel 216 Provinciewet waarin door provinciale staten de uitgangspunten voor het financiële beleid en de regels voor het financieel beheer en de inrichting van de financiële organisatie zijn vastgesteld.
Volgens het BBV is het gemodificeerd stelsel van baten en lasten van toepassing.
De jaarrekening geeft volgens de normen van het BBV een zodanig inzicht dat een verantwoord oordeel kan worden gevormd over de financiële positie en over de baten en lasten.
De jaarrekening en de toelichtingen geven getrouw, duidelijk en stelselmatig de baten en lasten van het begrotingsjaar, evenals het saldo ervan weer. De jaarrekening geeft tevens een getrouw, duidelijk en stelselmatig inzicht in de financiële positie aan het einde van het begrotingsjaar.
De begrotingscijfers bestaan uit de oorspronkelijke begroting en alle door Provinciale Staten vastgestelde begrotingswijzigingen betreffende het verslagjaar.
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende onderdeel anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde.